Hoe de conclusies van COT Instituut voor Veiligheid- en Crisismanagement er uit hadden gezien als bij de brand bij Bouwkunde op 13 mei 2008 wel slachtoffers waren gevallen, zal altijd een vraag blijven.
Gelukkig is dat niet het geval geweest mede dankzij voortreffelijk werk van de BHV van de TU Delft. Het zeer uitgebreide rapport, dat in details is uitgewerkt, geeft een duidelijk beeld van de gebeurtenissen op die dag en de dagen daarna. Het rapport laat ook zien dat geen enkele rampoefening te vergelijken valt met een daadwerkelijke ramp. Want zo mag de brand van het Bouwkundegebouw wel omschreven worden.
Juist de diverse toevalligheden van die dag, zoals waterlekkage, kortsluiting in een koffiezetapparaat, afsluiting deel van de waterleiding, Oostpoortbrug open op het moment dat de brandweer daar over heen wil, laten zien dat het vrijwel onmogelijk is om dergelijke situaties vooraf te bedenken en na te bootsen tijdens een oefening. De echte praktijk blijkt vaak anders en grilliger te zijn.
Daarom is het goed dat dit rapport is verschenen.Vooral op het gebied van verhoging van de brandveiligheid bij grootschalige projecten, de monitoring daarvan en de communicatie tussen de diverse onderdelen, die behoren tot de crisisbeheersingorganisatie, valt het nodige te verbeteren. Ook worden aanbevelingen gedaan voor de brandweer. Het rapport stelt dat het duidelijk moet zijn wat er van de brandweer wordt gevraagd als het gaat om beperken van de schade. Er moet antwoord komen op de vraag of een binnenaanval verantwoord is als er geen mensen in het gebouw meer aanwezig zijn.
De aanbevelingen uit dit rapport worden overgenomen en geconstateerd mag worden dat na de brand al diverse noodzakelijke verbeteracties zijn ingezet. Alertheid blijft desondanks geboden. Een duidelijke les uit deze rapportage over een ramp die gelukkig “beperkt” bleef tot materiele schade.
Fractie Stadsbelangen-Delft
Laat een reactie achter