In een vooral algemene presentatie informeerde informateur Pieter Guldemond op
woensdag 6 april jl. zijn advies aan de gemeenteraad. Zijn advies komt erop neer dat STIP, Groen Links, D66, PvdA en de ChristenUnie de 5 partijen zouden moeten zijn om gesprekken te starten om tot nieuwe coalitie te komen. Dit advies doet volgens Pieter Guldemond recht aan de verkiezingsuitslag. Maar is dat wel zo?

Als je het bekijkt vanuit het aantal zetels dat nodig is voor een meerderheid, dan is het antwoord ja. Genoemde partijen vertegenwoordigen totaal 23 zetels. Maar uit onderstaand tabel blijkt dat 3 van de 5 genoemde partijen stemmen verloren hebben bij de gemeenteraadsverkiezingen op 16 maart 2022. Deze partijen waren dus verliezers bij de verkiezingen. Enkel door restzetels konden partijen als Groen Links, PvdA en ChristenUnie aan het aantal zetels komen dat zij nu hebben. Dan rijst de vraag of de conclusie gerechtvaardigd is en of het advies van de informateur wel of niet recht doet aan de verkiezingsuitslag.

D66 behaalde meer stemmen dan in 2018, maar ook deze partij kreeg een restzetel. Alleen STIP en Hart voor Delft behaalden hun zetels als gevolg van rechtstreekse stemmen van de kiezers. Hart voor Delft had slechts 89 stemmen minder dan Groen Links. Zie onderstaande tabel.

De informateur ging ook nog in op de lage opkomst bij de verkiezingen en sprak zijn zorgen daarover uit. Of dat een taak van de informateur is, is de vraag. Feit is, dat zijn advies ertoe kan leiden dat van de 42.654 uitgebrachte stemmen, 18.808 stemmen buitenspel worden gezet en dat ook nog zonder inhoudelijke argumenten. Die inhoudelijke argumenten gaf de informateur niet. Is dit dan de motivatie om kiezers te bewegen om een volgende keer naar de stembus te gaan als je
Hart voor Delft als grootste winnaar buitenspel zet?

De partijen mochten slechts één vraag aan de informateur stellen, want er was nog een andere vergadering gepland. Onduidelijk bleef daardoor wat de inbreng van elke partij is geweest tijdens de gesprekken met de informateur en welke voorkeuren er waren voor samenwerking. Waarom eigenlijk? Mag de kiezer niet weten wat de inbreng is geweest van alle partijen en waarom partijen denken dat met de ene partij beter samen te werken is dan met de andere partij? Deze informatie moet wat mij betreft gewoon openbaar zijn.

Hart voor Delft heeft zich tijdens het gesprek met de informateur constructief opgesteld. En ja, ook Hart voor Delft begrijpt dat coalitiedeelname betekent, dat je moet samen werken met andere partijen en bereid moet zijn compromissen te sluiten. Dan moet je daarvoor wel de kans krijgen.

Maar D66, Groen Links, STIP en PvdA houden elkaar al sinds 1998 stevig vast en willen vooral vasthouden aan hun eigen geluid. Het advies van Pieter Guldemond ligt er op basis van gesprekken die gevoerd zijn op onderwerpen en dan is dit advies een heel voorspelbaar advies. Hoe dit verder een vervolg zal krijgen, wachten we af. Er valt veel af te dingen aan zijn conclusie dat zijn advies recht zou doen aan de verkiezingsuitslag.

Bram Stoop
Hart voor Delft